Ze komen altijd terug. Momenten van twijfel liggen voor mijn voeten alsof ik nooit heb nagedacht over wat ik wil of kan, waarom ik doe wat ik doe. Het meest opdringerig zijn die momenten als een plan dat me heel blij maakte, meer een luchtkasteel blijkt te zijn. Het pad dat ik zo helder voor me zag, blijkt bezaaid met obstakels. In elk obstakel schuilt een andere twijfel. Over gestapelde obstakels kan ik niet heen kijken, laat staan klimmen. Hoe herstel ik mijn bewegingsruimte?
Heel voorzichtig kijk ik om een hoekje naar de twijfels. Een voor een en op mijn eigen tempo bekijk ik ze van alle kanten. Ze kijken terug. Met sommige word ik vrienden, andere laat ik gaan.